Het Nederlandse schoolsysteem is met een bepaalde zienswijze ingericht. De kinderen moeten gedrild worden tot wensburgers. Dit is een ander soort burger dan die van fastfoodketens als BurgerKing en McDonalds.

Dat wil niet zeggen dat ook de marketeers en de communicanten hun best doen om de kinderen te kneden tot gewillige eters van hun burgers. Maar het docentenkorps drilt tegenwoordig kinderen tot vrijlijk rondscharrelde burgers die netjes als makke schapen in een groep bewegen. Officieel staat daarbij niet op het lesmenu dat ze klaargestoomd moeten worden tot de consumptiemarkt. Toch schijnt het een uitkomst te zijn dat ze houden van consumeren. Elke zondag en op collectieve losloopdagen als Tweede Kerstdag zetten ze hun beste beentje voor en paraderen ze door de winkelstraten. Het liefst willen de marketeers hen ook op Eerste Kerstdag los laten lopen. Direct nadat het Kerstlam is geboren en net door de adem van de Os en de Ezel is warm geblazen. Ja, die waren er ook al vroeg bij in de stal. Als lastdieren wel te verstaan, niet als eetwaren.

Het schoolsysteem krijgt een stempel mee van de overheid. Hoe hard de afdruk is, ligt voornamelijk aan de tijdsgeest. In tijden van sterke identitaire bewegingen willen de ouders, geïnspireerd door hun spirituele of politieke leiders, dat hun jonkies gekneed worden tot kopieën van de beweging. In tijden van meer collectieve ordening door een overheid, wordt de stempelmachine beheerst door overheidsdienaren, professoren en pedagogen. Deze hedendaagse opvoedkundigen brengen echter geen wilde dieren voort, zoals hun grondlegger Rousseau het graag gezien zou hebben. Als schrijver van Emile zou hij graag zien dat de kinderen in de natuur vrij kunnen los huppelen en in de modder kunnen rollen.

Tegenwoordig staat de groepsdynamiek centraal. Nog niet zo ouderwets als in het onderwijssysteem van de DDR waar jongeren in jeugdkampen de collectieve waarden van eerlijk delen leerden. Toch dient onze jeugd zich mak te bewegen van voorschoolse opvang via het klaslokaal naar de naschoolse activiteiten. In een rustige draf wel te verstaan. Mochten ze wild gaan rond galopperen, dan is een extra gewicht in het rugzakje of een extra dosis ritalin snel voorhanden.

Niet dat we Rousseau helemaal hebben afgeschreven. Het bezingen van de liefde voor de natuur juichen we zeker toe. Zeker als dat gebeurd in een onschuldige klimaatmars met van die mooi geschilderde plakkaten. Al die uren schilderen en tekenen in de kleuterklas heeft dan toch iets kleurrijks opgeleverd. Het liefst zien we dan ook dat onze brave kinderen vredelievende melodieën zingen. Niet van het gewelddadige soort, maar netjes in lijn met de kinderlijke wijsjes van K3. 

Natuurlijk kennen we tegenwoordig ook nog van die hopeloze kinderen. Dat is vaak de schuld van de ouders. Zij prenten nog altijd ouderwetse, familiaire tradities in over trots, eer en wraak. Omdat de Staat toch de grip om hen krijgt, is er de uitvinding van de vroegschoolse educatie. Dat start als de kinderen twee jaar zijn en begint met een goede dosis taalvaardigheid en brave spelletjes. Als ze eenmaal achttien jaar zijn, zullen ze zo netjes luisteren naar de bazin.

De moderne drilsergeant heeft het de laatste tijd er wel moeilijk mee. Hun toegevoegde waarde is overal te zien. Want lopen de kinderen niet lekker gezellig mee in de protestmars? Gaan ze daarna niet netjes naar het dichtstbijzijnde winkelcentrum om te shoppen om vervolgens in de fastgoodketen met beide handjes hun burger netjes verslonzen? Doen ze niet alles gezellig samen in werkgroepjes waar de groepsdynamiek regeert en niet een dominante persoonlijkheid? Waar blijft dan de beloning voor de leerkracht?

Nu schijnt er weer de wens te zijn om meer beta’s en technici te kweken. Het nieuwe eisenpakket is nog zwaarder dan voorheen: een mannelijker beroep, maar dan wel in een feminiene werksfeer. Alles is mogelijk, maar hopelijk is er het besef dat de educatieve lopende band zijn eigen tempo heeft. Natuurlijk kan het sneller, maar officieel geldt 21 jaar voor de finale versie, zodat de zoete kinderen klaar zijn gestoomd voor een leven lang leren. Best kolderiek eigenlijk, want de eerste epsilons zijn rond hun veertiende al gereed. Met fietsen en routekaarten kunnen ze dan al goed overweg. Ook de zware rugtast die ze als eetkoerier dragen is geen enkel probleem. In de supermarkt kunnen ze trouwens rond die leeftijd al het verschil tussen een aubergine en courgette uitleggen. Netjes de bijbehorende voedingswaarde opsommend.

Zo zijn de Nederlandse tieners al vrij vroeg goed op hun toekomst voorbereid. De laatste tijd is er een toename te zien richting bewakings- en geweldsberoepsopleidingen. Door de arrestatie en overige marketing van Badr Hari zijn steeds meer jongens en meisjes bereid om hun handen te gebruiken. Natuurlijk zorgt de school er wel voor dat dit slechts een vredelievend doel heeft, zodat winkeldieven zachtaardig uit de winkel kunnen worden gezet.

U roept, het corps van docenten draait er de handen niet voor om. Wil je dat de jonkies minder gaan consumeren? Prima, dan doen we een paar lesjes over kinderarbeid en maken we vintage hip en happening. Moet er wat meer agressie worden aangekweekt? Zeg wie de vijand is en we passen de Virtual Reality Machines zo aan dat al spelend de kinderen leren om de juiste kant te kiezen. Met de juiste VoiceOver als van een David Attenborough kan er tegenwoordig veel goeds geschieden en preekt iedereen over het heil over het klimaat.

Het is een eindeloos werk: dat gekneed aan de jonge kinderzieltjes. Zo rond de achttiende is het resultaat tamelijk goed uitgehard. Toch jammer, dat er nog zoveel volwassenen rondlopen zonder gepaste opvoeding, zodat niet iedereen het goede hokje aankruist bij verkiezingen.